Huisvesting ofwel wonen is een kernpunt in het verkiezingsprogramma van de PvdA, dat geldt landelijk, dat geldt ook in Meierijstad. Geen wonder dus dat raadslid Arie de Zwart zich steeds weer vol overgave stort in het onderwerp en daar ook succes mee heeft. Hij agendeerde bijvoorbeeld het huisvestingsvraagstuk al aan het begin van de ‘woonvisie’ en stond zo aan de basis van de gemeentelijke afspraak dat 25% van de nieuwe woningen moet behoren tot de categorie ‘sociale woningbouw’.
Wanneer dan de gemeente een beleidsnota presenteert over de huisvesting van arbeidsmigranten duikt Arie daar vol overgave in. Hij spreekt met iemand van een woningbouwvereniging; hij zoekt een ondernemer op die gebruik maakt van arbeidsmigranten; hij gaat naar de POM – de ondernemersvereniging in Meierijstad; hij heeft contact met een kleiner uitzendbureau en zo meer. Op die manier koppelt Arie de theorie van de beleidsnota aan de praktijk van de dag. Aldus komt het raadslid tot conclusies. Positieve en ook wat negatieve, hoewel hijzelf de voorkeur geeft aan de uitdrukking ‘kritische kanttekeningen’.
Om met de positieve kanttekeningen te beginnen: De Zwart is blij dat de nota tot stand is gekomen in goed overleg met de betrokkenen, waaronder ook de arbeidsmigranten zelf. Instemmend reageert hij op de positieve insteek van de wijk- en dorpsraden. Deze krijgen een belangrijke rol in het uitvoeren van de plannen, want ze blijken bereid mee te werken aan de handhaving van de regels en bieden ook een helpende hand bij de integratie van arbeidsmigranten. Arie de Zwart vindt het terecht dat de migranten, ook zij die slechts een kortere periode hier verblijven, ingeschreven staan bij de gemeentelijke Basisregistratie Personen (BRP) dan wel toeristenbelasting betalen. Hij hoopt dat zo ook een goed zicht ontstaat op aantallen arbeidsmigranten, want dat is tot nu een vrij onzeker getal. Tot slot oordeelt het raadslid positief over de mogelijkheden die de nota biedt voor het gebruik van vrijkomende agrarische bebouwing bij het onderdak brengen van de buitenlandse werknemers.
Misbruik
Bij zijn bezoek aan de ondernemer die zelf huisvesting biedt aan arbeidsmigranten, hebben hij en De Zwart gesproken over gebruik van de woonruimte tijdens perioden dat de ondernemer zelf minder of geen werk heeft en er dus woonruimte beschikbaar is. De Zwart is het met de ondernemer eens dat hij dan deze woonruimte op de ‘vrije markt’ moet kunnen aanbieden.
De Zwart ziet goed in dat hier misbruik op de loer ligt, maar het raadslid heeft vertrouwen in de controlerende activiteiten vanuit de agrarische wereld zelf. Bestaande richtlijnen als over het te betalen salaris, het aantal slaapplaatsen of het huurbedrag dat de arbeidsmigrant moet ophoesten, zijn daar, volgens hem, hard genoeg voor.
Dan de kritische kanttekeningen van het PvdA-raadslid. Naar zijn idee houdt de nota onvoldoende rekening met de effecten van de arbeidsmigratie op de gezondheidszorg en het onderwijs. Voor huisartsen zou het bijvoorbeeld kunnen leiden tot aanzienlijk meer werk, maar de wethouder zag daar desgevraagd geen al te grote bezwaren. De Zwart ziet dat anders: “Ik ben daar helemaal niet gerust op, zeker ook niet na de berichtgeving daarover in Brabants Dagblad van eind mei.” Hij maakt zich ook zorgen over de mogelijke afhankelijkheidsrelatie tussen werkgever en werknemer waar het de huisvesting betreft, een punt dat hij deelt met de PvdA-europarlementariër Agnes Jongerius.
Eigen verantwoordelijkheid
In een wat breder verband maakt De Zwart zich zorgen over een economie die niet meer zonder grootschalige arbeidsmigratie kan. De Zwart: “Je wilt dat economische ontwikkeling ten goede komt aan de inwoners van Meierijstad. Het vestigen van het type bedrijven dat bijna volledig draait op arbeidsmigranten, dat is niet zoals wij dat voor ons zien. Dat past daar niet bij. Daarom vinden we wel dat het college het gesprek hierover moet aangaan met de ondernemers. Die hebben daarin namelijk wel een eigen verantwoordelijkheid. Immers, bedrijven die hoofdzakelijk draaien op arbeidsmigranten, zadelen de gemeenschap van Meierijstad wel op met een aantal problemen en niet alleen rond de huisvesting.
Polen-hotels
Wanneer het gaat over de grootschalige huisvesting voor arbeidsmigranten, in de volksmond vaak aangeduid als ‘Polen-hotels’, is De Zwart zeker niet negatief. Hij ziet daarin een aanvaardbare oplossing, maar met een ‘maar’: “Grote uitzendbureaus zijn kapitaal-sterk genoeg om zelf dergelijke grootschalige voorzieningen te bouwen. Prima, maar de kleine en vaak gespecialiseerde uitzendbureaus hebben die mogelijkheid nauwelijks. Toch hebben ook zij te maken met het vinden van passende huisvesting. Daarom lijkt het me alleszins redelijk dat de ‘grote jongens’ een deel van de grootschalige voorziening ook voor de kleinere uitzendbureaus beschikbaar houden.”
PvdA’er De Zwart ziet het huisvesten van arbeidsmigranten nadrukkelijk als een deel van de woningbouw-problematiek. Zowel voor hen die van plan zijn hier te blijven wonen, als zij die slechts tijdelijke plannen hebben voor hier, is huisvesting nodig, net als voor heel veel anderen. Dat de ene groep wat andere eisen stelt dan de andere, dat lijkt hem meer dan logisch. In het gesprek met de woningbouwvereniging ging het daar ook over. Flexibel bouwen heet de oplossing, zorgen dat je de eisen van nu kunt vertalen naar de eisen van straks. Mogelijkheden zien ook. “Er komt heel veel zakelijk vastgoed vrij”, aldus De Zwart, “dat moet je toch niet al te moeilijk kunnen aanpassen voor meer specifieke doelgroepen?”